Een
zaalkerk
heeft als
schip
een zaal: één onverdeelde ruimte.
Heel eenvoudige
romaanse kerken
zijn vaak uitgevoerd als zaalkerk,
aan de oostzijde sluit daar dan de
absis
op aan. Ook in de
voor-romaanse
periode komen veel zaalkerken voor.
In de
karolingische architectuur
komt het een enkele keer voor dat op een brede
zaalkerk drie absiden aansluiten: dit heet een '
tri-absidale zaalkerk'.
Van buiten lijken de bredere absis in het midden en de smallere
absidiolen
ernaast niets bijzonders,
dat beeld komt veel voor.
Maar wie naar binnen gaat verwacht daarbij dan een
middenbeuk
en twee
zijbeuken.
In dit geval klopt dat niet.
Om het nog ingewikkelder te maken konden dergelijke kerken ook nog één
of twee annexen hebben (bijvoorbeeld als doopkapel),
zijruimten die een vierde, soms een vijfde absis aan de rij toevoegden.
Bij opgravingen is een tri-absidale opzet te voorschijn gekomen in de
kerk van Oosterbeek,
het enige voorbeeld tot nu toe in Nederland. In Zwitserland, waar meer uit de
karolingische periode bewaard bleef, staat in
Mistail
het mooiste voorbeeld. Misleidend is het bij de Zwitserse oostgrens gelegen Münster:
een tri-absidale kerk (met annex), die in de 14e eeuw voorzien werd van arcaden in het schip.
Nu staat er dus een karolingische tri-absidale zaalkerk met een
laat-gotische driebeukige indeling.
Tekst: Jean Penders, 03-2006. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders